Woordenschat NT2 (6/11)
- onder andere = o.a. vb. "Er is van alles te eten, o.a. kroketten en fruit."
- bevorderen = proberen te zorgen dat iets beter wordt= vooruithelpen = beter laten verlopen
- van kracht zijn = ingezet zijn, van toepassing zijn, beginnen, in werking treden
- voorwaarde = eis, conditie
vb. "Als je braaf bent, mag je een snoepje."
= "Je mag op snoepje, op voorwaarde dat je braaf bent."
- herhalen = repeteren
= nog eens doen/zeggen = nazeggen
- begrijpen = kunnen volgen (met je verstand)
- bereid zijn = willen vb. "Ik ben bereid om Nederlands te leren.= "Ik wil Nederlands leren."
- het gemiddelde
vb. Een school telt 147 leerlingen, verdeeld over 7 klassen.
Er zitten gemiddeld 21 leerlingen in een klas. (147 : 7 = 21)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten