donderdag 6 november 2014

Woordenschat NT2 (6/11)


  • onder andere = o.a. vb. "Er is van alles te eten, o.a. kroketten en fruit."
  • bijstaan = helpen
  • bevorderen = proberen te zorgen dat iets beter wordt= vooruithelpen = beter laten verlopen
  • opnieuw = nog een keer
  • van kracht zijn = ingezet zijn, van toepassing zijn, beginnen, in werking treden
  • voorwaarde = eis, conditie
    vb. "Als je braaf bent, mag je een snoepje."
    = "Je mag op snoepje, op voorwaarde dat je braaf bent."
  • herhalen = repeteren
    = nog eens doen/zeggen = nazeggen
  • begrijpen = kunnen volgen (met je verstand)
  • papegaai (zie foto)
  • bereid zijn = willen vb. "Ik ben bereid om Nederlands te leren.= "Ik wil Nederlands leren."
  • het gemiddelde
    vb. Een school telt 147 leerlingen, verdeeld over 7 klassen.
    Er zitten gemiddeld 21 leerlingen in een klas.                                      (147 : 7 = 21)




Geen opmerkingen:

Een reactie posten